Skip to content

INGLOURIOUS BASTERDS

Quentin Tarantino

Er zijn films die je goed vindt en er zijn films die je bijblijven omdat ze alles nét iets beter doen. Inglourious Basterds behoort zonder twijfel tot die tweede categorie.

De openingsscène

De film opent met wat ik zonder twijfel de beste openingsscène ooit gemaakt vind. Wat deze scène zo geniaal maakt, is dat ze lang duurt, maar geen seconde verveelt.

De film opent met een scène die me meteen pakte. Alles wordt langzaam opgebouwd, en toch blijf je vanaf de eerste seconde op het puntje van je stoel zitten. Dat moment waarop Hans Landa verschijnt, zet meteen de toon: charmant, gevaarlijk, en totaal onweerstaanbaar. Tarantino laat je voelen dat je hier te maken hebt met iemand die alles onder controle heeft, en dat werkt in elke scène daarna door.

Je ziet het bijvoorbeeld meteen aan de pijp die hij uitsteekt, die groter is dan die van de boer. Ook al rookt hij zelf niet, het voelt intimiderend. Bovendien is het een soort Sherlock-Holmes-pijp, wat wat hij daar doet eigenlijk zou kunnen reflecteren. Op die manier laat hij meteen zien dat hij misleidend en berekenend is.

Hans Landa

Christoph Waltz draagt deze film. Zijn vertolking van Hans Landa is niet zomaar goed gespeeld; het is briljant. Hij is charmant, grappig, beleefd en tegelijk angstaanjagend. Wat hem zo fascinerend maakt, is dat zijn macht niet in geweld zit, maar in taal. Hij manipuleert gesprekken alsof het wapens zijn.

Landa is slim, maar vooral wreed in zijn intelligentie. Zijn glimlach is nooit zomaar vriendelijk. Er zit altijd iets achter. En dat voel je in elke seconde dat hij in beeld komt. Maar wat hem zo eng maakt, is dat hij zelf niet doorheeft hoe duivels hij is. Hij ziet zijn daden niet als slecht; voor hem is het gewoon zijn werk. Dat maakt hem des te gevaarlijker: hij is een monster zonder zelfbewustzijn.

Het is dan ook geen verrassing dat Waltz voor deze rol de Oscar voor Beste Mannelijke Bijrol won.  Zijn vertolking werd geprezen om zijn subtiliteit en kracht, en het is duidelijk dat Tarantino het juiste gevoel had bij het casten van Waltz. Zoals hij zelf zei: “Ik zou deze film niet hebben gemaakt als ik de juiste acteur voor Landa niet had gevonden.”

 

De tavern scène

De scène in de kelderbar is zonder twijfel het meest Tarantineske moment van de hele film. Wat aanvankelijk begint als een ogenschijnlijk simpele ontmoeting – een paar geallieerden die in het geheim willen praten in een lege kelder – ontpopt zich tot een perfecte showcase van gecontroleerde, tergend langzame spanning.

Het briljante zit hem in de onvoorziene verstoringen. De kelder is niet leeg: er is een onverwacht feestje gaande van Duitse soldaten die de geboorte van een kind vieren. Dit is een situatie die totaal niet in het script van de spionnen zat. Je bent als kijker direct op de hoogte van het gevaar, maar de personages moeten de schijn ophouden.

De spanning wordt vervolgens opgebouwd via subtiele visuele hints. In de drukte is er een Gestapo-officier. Hij is er wel, maar nog niet relevant. Maar dan begint het te knagen. Je voelt dat er iets mis is, alsof de film een onzichtbare alarmbel luidt.

Het is het moment waarop de Gestapo-officier zich bij de tafel voegt dat de lucht letterlijk verandert. Dit is een klassieke Tarantino standoff: een situatie met een ongelooflijk hoge inzet, volledig geconcentreerd rond een tafel.

De ultieme climax van de ongemakkelijkheid wordt bereikt door één simpele handeling: de Engelse manier van tellen. Het “drie”-symbool, gemaakt op de Britse wijze in plaats van de Duitse, is een fatale fout. De blik van de Gestapo-officier – een perfect staaltje non-verbale communicatie – zegt alles. Hij weet het, nog voordat er een woord wordt gezegd.

Vanaf dat punt is de stilte oorverdovend. De spanning wordt zo langgerekt dat het bijna fysiek ongemakkelijk is, een tikkende tijdbom in een kleine ruimte. Deze stilte is de aanloop naar de onvermijdelijke, cathartische explosie van geweld, waardoor de scène niet alleen een spanningsoefening is, maar een masterclass in het manipuleren van het publiek. Het is deze eenvoud, de focus op menselijke fouten en blikwisselingen, die dit segment onvergetelijk maakt.

Italiaanse scène

Zelfs aan de rand van chaos durft Tarantino te spelen met de kracht van pure absurditeit. De scène waarin Aldo Raine (Brad Pitt) en zijn ‘Basterds’ zich voordoen als Italiaanse filmmakers is daar het perfecte, komische voorbeeld van.

Na een film lang te hebben gefocust op strakke, dodelijke precisie, neemt Tarantino hier een onverwachte bocht naar het volstrekt belachelijke. Brad Pitt’s poging om Italiaans te spreken, met het nu legendarische, te zware “Buongiorno”, is zo overdreven dat het de kijker vermaakt en tegelijkertijd een nieuwe vorm van spanning introduceert.

Het briljante is dat deze humor niet alleen dient als comic relief; het is een dubbele dosis ongemak. De enorme inzet – het succes van de missie hangt af van deze belachelijke façade – weegt zwaar. De spanning schuilt nu in de vrees voor blootstelling door pure domheid, in plaats van door tactische fouten.

Tarantino laat hiermee zien hoe ver hij de absurditeit kan drijven: de vermenging met de echte Italiaanse personages en hun sceptische blikken creëert een heerlijk ongemakkelijke komedie. Het is de kenmerkende Tarantino touch: de chaos komt niet van kogels, maar van een vreselijk, overgeacteerd accent dat op elk moment de gehele missie in gevaar kan brengen. De humor wordt de bron van het gevaar zelf.

Conclusie

Inglourious Basterds is in mijn ogen één van de beste films ooit gemaakt. Ik hoef er niet meer over te zeggen.